Thomas Pol (1989) is een Rotterdamse bassist die goed bekend is in de Nederlandse en internationale scene. Zijn spontane, sterke en groovende stijl kenmerkt hem als speler. Als sideman is hij het sterke fundament dat een ensemble nodig heeft en als leider toont hij een groot potentieel met zijn debuutalbum 'In America' dat nu uit is.
Thomas groeide op in een zeer muzikale familie. Op zijn vierde begon hij viool te spelen en op zijn tiende de contrabas. Hij begon zijn studie aan het Codarts Conservatorium in Rotterdam, Nederland, waar zijn talent en toewijding goed werden ontvangen. In zijn 3e jaar werd hij benaderd door Hein van de Geyn (bassist/jazzcoördinator/docent) om een uitwisselingsprogramma te volgen in New Orleans, de bakermat van de jazz. Tijdens zijn tijd bij Codarts en UNO deelde hij het podium met een indrukwekkende hoeveelheid bekende musici zoals Ellis Marsalis, Benjamin Herman, Herlin Riley, John Engels, Stanton Moore, Ack van Rooyen, Randy Brecker, Steve Masakowski, Caro Emerald, Wess “Warmdaddy” Anderson, Harmen Fraanje, Gregory Porter, Johnny Vidacovich, Peter Beets, Jamison Ross, Reinier Baas, Nicholas Payton, Peter Bernstein en talloze anderen.
In 2013 ontving hij een Fulbright, Prins Bernhard Cultuurfonds, Van den Ende en UNO distinguished musical scholarship om 2 jaar het masterprogramma aan de UNO te volgen. In die tijd studeerde hij klassieke muziek, arrangeerde voor orkest, werkte zich in de scene in, begon zijn carrière als bandleider en nam zijn eerste album op.
In het najaar van 2016 kwam zijn debuutalbum (ft. Wess Anderson, Jamison Ross en Stanton Moore) uit in Nederland en begin 2017 tekende hij bij het New Orleans platenlabel 'Bubble Bath Records' als een van de veelbelovende en opkomende artiesten.
Terug in Nederland kreeg hij de opdracht van Jazz International Rotterdam om dat jaar (2017) het Pack Project te leiden. Het is een jaarlijks project dat jonge opkomende muzikanten een spotlight en een flinke boost van hun carrière geeft. In datzelfde jaar begon hij met Benjamin Herman te spelen als zijn vaste bassist en les te geven/coachen in ensembles op Codarts conservatorium Rotterdam.
In 2018 begon hij zijn klassieke bas master in Tilburg aan de Fontys Hogeschool om te studeren bij consertgebouw bassist Rob Dirksen. In deze jaren raakte hij meer betrokken bij de klassieke scene met ensembles als Pynarello, dat uit het hoofd en zonder dirigent speelt.
Tijdens de pandemie nam hij zijn eerste solo basalbum 'Blue Soil' op. Het werd opgenomen in de 'doopsgezinde kerk' in Rotterdam en uitgebracht op vinyl en streaming platforms. Dankzij het Amarte Fonds en Stichting Droom & Daad werd dit project mogelijk gemaakt.