Het toelatingsexamen bestaat uit een praktijk- en een theoriegedeelte. Beide gedeeltes moeten gehaald worden om voor een plek in aanmerking te komen.
Het praktijkexamen
Het praktijkexamen bestaat uit de volgende onderdelen:
Kleine trom: roffels, open en dicht in verschillende dynamiek; twee etudes uit bijv.:
-
S. Fink: Studien für Kleine Trommel, Bd. III, IV of V (Simrock)
-
H. Knauer: Kleine Tromschule, Bd. I en II (VEB Snare Drum Studies)
-
M. Peters: Intermediate Snare Drum Studies Advanced Snare Drum Studies
-
Wilcoxon
Pauken: stemmen, het spelen van roffels; twee etudes uit:
-
H. Knauer: Paukenschule, Bd. I en/of
-
R. Hochrainer: Etüden für Timpani, Bd. I, II (Doblinger)
-
N. Woud
Melodie-instrument: xylofoon, marimba en/of vibrafoon;
- toonladders en akkoorden t/m vier voortekens;
- twee etudes uit bijv.:
- S. Goldenberg: Modern School for xylophone
- D. Friedman: Dampening and Pedaling
Mallet technique (niet verplicht, maar wordt zeer gewaardeerd)
Een voordrachtstuk, bijv.:
-
M. Peters: Yellow After the Rain
-
B. Molenhof: Music of the Day
Voor alle suggesties geldt: werken van vergelijkbaar of hoger niveau zijn ook goed. Het verdient aanbeveling dat de kandidaat enige bekwaamheid bezit in het pianospel. De beoordeling van het praktische gedeelte van het toelatingsexamen wordt mede beïnvloed door de volgende factoren:
-
reeds genoten muziek(vak)onderwijs
-
ontwikkelingsprognose
-
beroepsperspectief
-
technische realisatie
-
muzikale expressie
Ook de samenhang tussen deze factoren is daarbij van essentieel belang. Het (nog) niet (optimaal) kunnen uitvoeren van de stukken op de lijst is daarom op
zichzelf nog geen reden om geen toelatingsexamen te doen!
Klik hier voor proefexamens theorie.